Hier volgt een handleiding over hoe de TW-sensor door te meten (storing zoeken). De TW-sensor bevind zit aan de bakzijde van de motor net onder de ontsteking.
De TW-sensor geeft een code 6 als deze buiten de door de ECU gestelde toleranties valt (weerstand van de sensor te hoog of te laag). Omdat de TW-sensor de temperatuur van de koelvloeistof doorgeeft aan de ECU weet deze of de motor warm of koud is. Een koude motor heeft een 'rijker' mengsel nodig om goed te kunnen starten. Is de motor koud dan zal daarom de ECU extra brandstof inspuiten.
In een auto met carburateurs en met handchoke gebeurt dit zelfde principe dus met de hand. Echter word bij de carburateurs de luchttoevoer afgeknepen waardoor de brandstof/zuurstof verhouding hoger word (dit heeft dus een rijker mengsel tot gevolg). Bij de injectie motoren word er extra brandstof ingespoten om het brandstof mengsel rijker te maken.
Is de TW-sensor nu defect dan bestaat de mogelijkheid dat de ECU bij een warme mortor dus denkt dat de motor nog koud is door verkeerde gegevens van de TW-sensor, en hierdoor dus teveel brandstof inspuit waardoor de motor gaat stotteren of zelfs op 3 of minder cilinders gaat lopen.
Om er nu zeker van te zijn dat de TW-sensor defect is kan deze (en zijn bedrading) doorgemeten worden. Hoe dit in zijn werk gaat word hieronder beschreven.
- Breng de motor op bedrijfstemperatuur (koelfan minimaal 2x aangeslagen).
- Demonteer de grote ronde stekker naast de zekeringenkast onder de motorkap
- Trek het lipje van de stekker omhoog en trek de stekker uit elkaar(zie foto).
De ronde stekker naast de zekeringenkast met omhoog getrokken lipje.
De stekker los.
- Meet nu met een multimeter de weerstand tussen pootjes die aangegeven staan in de onderstaande tekening.
De pinnen van de TW-sensor.
- De weerstand moet (met warme motor dus) tussen de 200 Ω en de 400 Ω wezen.
- Demonteer de grote ronde stekker naast de zekeringenkast weer.
- Demonteer de stekker aan de TW-sensor (zie foto) (hier dient het lipje aan de bovenkant ingedrukt te worden om de stekker los te kunnen halen)
De TW-sensor aan de motor.
- Zet het contact aan en meet met een multimeter hoeveel volt er op de 2 draden (rood/wit en groen/wit) staat. Het voltage moet 5 Volt wezen, is dit niet het geval ga dan naar de volgende stappen.
- Sluit de stekker van de TW-sensor weer aan.
- Zet het contact uit.
- Draai de 4 moeren los en verwijder de beschermingsplaat van de ECU (zie foto).
De goudkleurige beschermingsplaat van de ECU.
- Meet aan de grote stekker het voltage tussen pootje C6 (+) en C12 (-) (zie foto).
De pin nummers van de ECU stekker.
- Het voltage dient 5 Volt te wezen, is dit niet het geval dan is zeer waarschijnlijk de ECU defect. Is bij de ECU het voltage wel goed maar bij de stekker van de TW-sensor niet dan zit er zeer waarschijnlijk een draadbreuk in de bedrading.
Is het voltage overal wel goed maar valt de weerstand van de sensor niet binnen de de 200 Ω en de 400 Ω dan is de kans groot dat de TW-sensor stuk is en vervangen moet worden. Reset de ECU (accupool even loshalen), komt de storing terug dan is het vrijwel zeker de TW-sensor.
Het komt soms ook voor dat bij de stekker van de TW-sensor de isolatie is verweert (door warmte-koude invloeden) en daardoor gescheurd. Hierdoor kan het koperdraad gaan oxideren waardoor de weerstand van de kabel toe kan nemen. Controleer dit en vervang eventueel de kabel.
De nieuwe TW-Sensor (gratis geschonken door Daniboy).
Let er bij het losdraaien van de sensor op dat de sleutel recht blijft. Dit omdat de kunststof stekkerbehuizing gemakkelijk afbreekt, en daardoor onbruikbaar wordt.
De oude TW-sensor.